Franchisenemers leren veel van elkaar

Ondernemers hebben de naam eigenwijs te zijn maar voor franchisenemers geldt dat ze daarnaast in ieder geval open staan om te leren van hun collega’s. Het netwerk is een van de voordelen van het franchisen, is de heersende opinie. Maar als je op Ameland woont, is het onderhouden van dat netwerk wel erg lastig…

Ton Lagas, Oil & Vinegar Middelburg

‘Ik ga graag op bezoek bij andere winkels’

“Jazeker, dat is toch een van de voordelen van franchisenemer zijn, al wordt het niet door iedereen ten volle uitgebuit. We kunnen veel leren van elkaar. Het is wel een punt voor de organisatie: die zou dat wat meer kunnen stimuleren. Nu zoeken we zelf dat contact. Zo ga ik graag op bezoek bij de andere vestigingen. Laatst heb ik een dag meegedraaid bij een collega in Rotterdam. Die had een heel hoog klantgemiddelde zag ik in de benchmark-cijfers. En ik wilde wel eens weten hoe hij dat aanpakte. Op die dag bleek dat hij, omdat hij in een kantorenwijk zit, voor een groot gedeelte pakketten verkocht. Maar ik heb toen toch wel veel opgestoken. Ik doe hetzelfde met een collega uit Breda op het gebied van administratie. Waar je ook van elkaar kunt leren is hoe anderen hun goederen presenteren of hoe ze omgaan met personeel. Je moet er natuurlijk wel open voor staan maar wij zijn niet zo van ‘het is mijn idee en dat houd ik voor mezelf’. Daarvoor zit je immers bij een franchiseorganisatie.”

Juul van Bergen, Bakkerij Bart Den Bosch

‘Iedereen denkt dat hij het goed doet’

“Van sommige collega’s wel, van andere niet. Groot voordeel is dat je veel hoort, op de vergaderingen, via telefonisch contact of via intranet. En soms hoor je iets wat van toepassing zou kunnen zijn op jouw eigen winkel. We hebben onderling veel contact. Op het intranet, dat uitgaat van de franchisegever, kunnen we via een forum ideeën en tips met elkaar uitwisselen. Daar wordt heel veel gebruik van gemaakt. Zo had tijdens het EK iemand erop gezet hoe je oranje room moet maken bijvoorbeeld. Maar ook over financiële zaken of over het omgaan met bedrijfs- en horecaklanten vind je tips. Het netwerk was voor mij geen overweging om mij aan te sluiten bij een franchiseorganisatie. Dat deed ik vooral vanwege de omzetgarantie die de naam Bakkerij Bart mij bood, de goede marketing en de begeleiding vanuit het hoofdkantoor – vooral voor nieuwkomers erg belangrijk omdat de naam Bakkerij Bart zo ook beschermd blijft. Maar de extra ondersteuning vanuit de medefranchisenemers is heel prettig. Iedere ondernemer heeft natuurlijk wel een bepaalde mate van eigenwijsheid en trots en iedereen denkt dat hij of zij het goed doet. Maar als je dan met collega’s gaat discussiëren, pik je toch weer dingen op. Zo kwam ik laatst bij een collega in Kaatsheuvel over de vloer – om grondstoffen te lenen die bij mij op waren – en ik zag dat hij zijn frisdranken op een andere manier presenteerde, die volgens hem tot meer verkopen leidde. Ik ben dat ook zo gaan doen en inderdaad, de presentatie bracht een kleine omzetverhoging.”

Charl Bot, Bot Wonen Wervershoof

‘Wacht niet op hapklare brokjes, ga er zelf op af’

“Ja, als je je daar voor open stelt, kun je natuurlijk altijd leren. De een doet dat, de ander niet, dat is afhankelijk van de ondernemer. Via onze benchmark kun je zien wie het beter doen. En een goede ondernemer gaat kijken waaróm iemand het beter doet. Dat kun je via de franchisegever regelen maar je kunt ook persoonlijk contact zoeken. Ik vind: wacht niet op hapklare brokjes, ga er zelf op af. Bij een grotere organisatie is het misschien wel nodig om dat te regelen maar bij ons niet. Ik zit in een cluster van vier of vijf ondernemers waar ik goed mee omga. We delen informatie over van alles, zoals personeelsbeleid, presenteren, de collectie… allemaal dingen die je niet uit een boekje kunt leren. Belangrijk daarbij is de wederkerigheid. Het verschil wordt gemaakt door net dat stukje eigen inzet. Goed luisteren naar elkaar is daarom heel belangrijk.”

Trees Sleddens, Expo Tilburg

‘Het is in ieders belang dat we zo commercieel mogelijk bezig zijn’

“Dat klopt. En dat doe ik ook. Ik ga regelmatig bij collega’s kijken. Ik zie ze ook vaak bij bijeenkomsten die de franchisegever organiseert. Laatst hadden we nog een regiomeeting. Op zo’n avond krijgen we informatie van de franchisegever en dan praten we verder in kleine groepjes over bijvoorbeeld de toekomst van de inlijstafdeling. Verder hebben we intranet en, buiten de franchisegever om, een forum op internet waar we foto’s van de winkels en allerlei ideeën opzetten. We benchmarken ook. Dan kun je zien hoeveel omzet per vierkante meter of per productgroep er gemiddeld behaald wordt. Dat gaat op grootte van de winkel, dus als je een A-winkel hebt kijk je bij de gemiddelden van de A-winkels. Er ligt nog wel een vraag van de franchisenemers of we ook op winkelniveau kunnen kijken, zodat je kunt zien wie het beter doen. Maar aan de andere kant: dat weten we toch wel van elkaar. Vooral hier in het Brabantse hebben we veel contact en helpen we elkaar. We zijn natuurlijk allemaal mensen van de praktijk. Maar ook vanuit het hoofdkantoor komt er een paar keer per jaar iemand om de winkel door te nemen, daar worden we goed in begeleid. Ten slotte is het in ieders belang dat we zo commercieel en aantrekkelijk mogelijk bezig zijn.”

Folkert Bruinsma, Welkoop Hollum (Ameland)

‘Wij zitten hier een beetje geïsoleerd’

“Nee, dat kan ik niet zeggen. Anderen misschien wel, maar wij zitten op Ameland en dus een beetje geïsoleerd. Vergaderingen en bijeenkomsten zijn altijd in de avonduren en dan vaart er geen boot meer terug. Dat betekent dat ik moet overnachten en dat ik dus twee dagen niet in de zaak kan zijn. Daar komt bij dat ik een gezin heb met twee jonge kinderen. Maar ik volg wel altijd de notulen en de verslagen via intranet, waar zowel franchisenemers als eigen vestigingen op zijn aangesloten. Als ik een vraag of opmerking heb naar aanleiding van de notulen, mail ik gelijk. Het intranet gaat uit van ons hoofdkantoor, waar ik sowieso continu mee communiceer. Ik vind het wel jammer dat ik niet meer contact heb met collega’s, ik zou best meer betrokken willen zijn. Maar het is niet anders, dat is het nadeel van op een eiland wonen. Het voordeel is dat ik geen concurrentie heb van zaken als Praxis en Gamma; die hebben we hier niet.”

Dick Rijken, The Read Shop Best

‘Waarom zou je het wiel uitvinden als een ander er al mee rijdt?’

“Daar ben ik het helemaal mee eens. Bij The Read Shop zien we elkaar een aantal maal per jaar en dan praten we ook buiten de vergaderingen met elkaar over allerlei praktische zaken. Waarom zou je het wiel uitvinden als een ander er al mee rijdt? We bespreken dan zaken als wie de leverancier is van een bepaald product maar ook manieren van presenteren. Zo hoorde ik van een collega hoe hij een tuinboek in combinatie met een tijdschrift over tuinieren presenteerde. En tijdens een bezoek aan een collega in Roosendaal zag ik hoe hij de deur naar achter had gebruikt voor een kalenderpresentatie. ‘Goed idee, dat ga ik ook doen’, dacht ik. Er is niet een soort van structuur waarin we elkaar bezoeken maar als je dat wilt, kun je met de franchisemanager de winkels van collega’s gaan bekijken. En ik vind dat altijd heel plezierig. Verder hebben we ook contact via intranet en via de mail. Ik heb het voordeel dat ik in de commissie Boeken en Tijdschriften zit, die de directie en het bestuur van de franchisevereniging adviseert, dus je kunt wel zeggen dat ik betrokken ben. Maar dat geldt voor al onze ondernemers. De een is wat enthousiaster dan de ander maar over het algemeen zijn ze allemaal erg positief.”

Ulrich van Egdom, Fortune hot drinks

‘Ik kan met vragen altijd bij hen terecht’

“Ik ben sinds april van dit jaar franchisenemer bij Fortune hot drinks. Ik heb altijd een onderneming voor mezelf willen hebben en ik ben daar in april ook werkelijk mee gestart bij Fortune. Fortune is gespecialiseerd in koffieautomaten en ingrediënten. In het begin was mijn grote onzekerheid dat je met je onderneming helemaal onderaan moest beginnen zonder dat je één klant hebt. Die onzekerheid hoorde ik ook van bijna iedereen in mijn omgeving. Toch heb ik de stap gezet omdat ik van het begin af aan het gevoel heb gehad dat Fortune een organisatie is waar iedereen gaat voor de club. Er heerst zowel op het hoofdkantoor als bij de ondernemers onder elkaar een zeer goede sfeer en die sfeer was voor mij van het begin af aan merkbaar. Voordat ik van start ging ben ik bij verschillende ondernemers van Fortune een kijkje wezen nemen om te zien hoe zij het deden. Toen ik zag met hoeveel enthousiasme deze jongens hun eigen toko van de grond hebben gekregen, was het voor mij ook duidelijk: ‘Ik ga dit ook doen’. Toen ik net was gestart werd ik door verschillende collega’s gebeld met de vraag of het allemaal ging en kon ik met vragen altijd bij hen terecht. Dit geeft vooral in het begin een goed gevoel, omdat je toch altijd onzeker bent over heel veel dingen die je tegen komt: bij het verkoopgesprek of de kennis over de automaten, et cetera. Het franchiseconcept speelt hier natuurlijk ook een grote rol in omdat je altijd gaat voor je eigen onderneming. Ik ervaar Fortune als een fijne club mensen en dat straal je dan ook weer uit als je onderweg bent.

Lees meer over: